Dit artikel verscheen eerder op Persinnovatie.nl.
De stand van de Nederlandse journalistiek werd vorig jaar juli grondig doorgelicht in de driedelige documentaireserie Iedereen journalist. De makers kraakten harde noten, maar waren optimistisch over de toekomst. Dat optimisme neemt volgens producent Albert Klein Haneveld steeds meer vorm aan. Het team waagt zich nu aan een nieuwe serie, ditmaal over de televisiewereld.
Door Menno van den Bos
“Uiterst pessimistisch” waren journalist Henk Steenhuis en producent Albert Klein Haneveld over de Nederlandse journalistiek, toen ze aan Iedereen journalist begonnen. Maar die houding maakte langzaam plaats voor hoop. Klein Haneveld: “We ontdekten allerlei nieuwe initiatieven en ontwikkelingen. Gedurende het filmen werden we daardoor steeds optimistischer. Dat optimisme is ook doorgesijpeld naar de kijkers.”
Ter opfrissing: Iedereen journalist bestond uit drie delen: een over de zwoegende dagbladen, een over veranderende journalistieke waarden en een over de new kids on the block van de sector. De serie kreeg 35.724,75 euro subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Pers en moest de heroriëntatie in de journalistiek toegankelijk én spannend in kaart brengen voor een breed publiek. “Dat is gelukt”, vindt Klein Haneveld. “De journalistiek is een te grote chaos om echt alle veranderingen in kaart te brengen, maar het is een treffend tijdsbeeld geworden. Met een paar tot de verbeelding sprekende scènes, zoals de oud-hoofdredacteur van de Haagsche Courant die door het inmiddels verlaten pand loopt.”
Kwaliteitsjournalistiek moet je eigenlijk uitbuiten
De serie was ook bedoeld voor de beroepsgroep zélf, ter inspiratie. “Het is door journalisten breed opgepakt als discussiestuk. Overigens was niet elke journalist het eens met hoe scherp we de aflevering over dagbladen stelden. Maar zo doe je dat op televisie.” Klein Haneveld ziet de journalistiek steeds meer in beweging komen. “Aanvankelijk zag je vooral nieuwe, kleine initiatieven. Maar nu maken ook de grote kranten een inhaalslag.”
Het belangrijkste is dat journalistieke bedrijven hun content meer benutten. “NRC had onlangs een geweldige scoop over de Nederlandse Zorgautoriteit. Zulke kwaliteitsjournalistiek moet je eigenlijk uitbuiten: maak er een documentaire over, organiseer een debat. Vooral voor de grote kwaliteitskranten liggen daar mogelijkheden. Algemene kranten als De Telegraaf hebben minder onderscheidende artikelen.”
‘20ste-eeuwse’ journalistiek
De producent ziet ook toekomst in nieuwe werkwijzen van individuele journalisten, zoals die van Joris Luyendijk, die in de laatste aflevering aan bod kwam. “In dienst van The Guardian nodigde hij bankiers uit om anoniem hun kennis met hem te delen. Van zulke methodes, die dankzij het internet mogelijk zijn, kunnen traditionele journalisten veel leren.”
Luyendijk confronteerde Klein Haneveld en Steenhuis er destijds mee dat ook Iedereen journalist eigenlijk te traditioneel is. Van bovenaf een product brengen, zonder veel interactie met het publiek, was volgens hem ‘20ste-eeuwse’ journalistiek. “Daar had hij absoluut gelijk in, er is meer mogelijk. Televisiemakers kunnen bijvoorbeeld tijdens het proces al online fragmenten van materiaal publiceren, en het publiek om feedback vragen. Daaraan heb je als journalist veel, want twee weten meer dan één. Ik denk dat we dat ook moeten meenemen in ons nieuwe project.”
Dat nieuwe project betreft De TV-oorlog. “Dat wordt opnieuw een docuserie, maar dan over de stand van de televisie. Er zal veel aandacht uitgaan naar journalistiek, want dat is misschien wel het enige argument voor het bestaansrecht van de Publieke Omroep. De financiering is bijna rond. Mogelijk vragen we het Stimuleringsfonds voor de Pers opnieuw om steun.”
Lees meer & kijk terug
Iedereen journalist werd uitgezonden door de NTR. Alle drie de delen zijn hierterug te kijken. Daarnaast is er een ruwe samenvatting van elk individueel interview (onder meer dat met Joris Luyendijk) te vinden op de website van Hollandse Helden.